Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
Weest in geen ding bezorgd; maar laat uw begeerten in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God;
New American Standard Bible
Be anxious for nothing, but in everything by prayer and supplication with thanksgiving let your requests be made known to God.
Onderwerpen
Kruisreferenties
Mattheüs 6:25-33
Daarom zeg Ik u: Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten, en wat gij drinken zult; noch voor uw lichaam, waarmede gij u kleden zult; is het leven niet meer dan het voedsel, en het lichaam dan de kleding?
Efeziërs 6:18
Met alle bidding en smeking, biddende te allen tijd in den Geest, en tot hetzelve wakende met alle gedurigheid en smeking voor al de heiligen;
Mattheüs 6:8
Wordt dan hun niet gelijk; want uw Vader weet, wat gij van node hebt, eer gij Hem bidt.
Lukas 18:1
En Hij zeide ook een gelijkenis tot hen, daartoe strekkende, dat men altijd bidden moet, en niet vertragen;
1 Samuël 30:6
En David werd zeer bang, want het volk sprak van hem te stenigen; want de zielen van het ganse volk waren verbitterd, een iegelijk over zijn zonen en over zijn dochteren; doch David sterkte zich in den HEERE, zijn God.
Psalmen 34:5-7
He. Vau. Zij hebben op Hem gezien, ja, Hem als een waterstroom aangelopen; en hun aangezichten zijn niet schaamrood geworden.
Psalmen 55:22
Werp uw zorg op den HEERE, en Hij zal u onderhouden; Hij zal in eeuwigheid niet toelaten, dat de rechtvaardige wankele.
Psalmen 62:8
Vertrouw op Hem te aller tijd, o gij volk! Stort ulieder hart uit voor Zijn aangezicht; God is ons een Toevlucht. Sela.
Spreuken 3:5-6
Vertrouw op den HEERE met uw ganse hart, en steun op uw verstand niet.
Spreuken 16:3
Wentel uw werken op den HEERE, en uw gedachten zullen bevestigd worden.
Jeremia 33:3
Roep tot Mij, en Ik zal u antwoorden, en Ik zal u bekend maken grote en vaste dingen, die gij niet weet.
Mattheüs 7:7-8
Bidt, en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal opengedaan worden.
Mattheüs 10:19
Doch wanneer zij u overleveren, zo zult gij niet bezorgd zijn, hoe of wat gij spreken zult; want het zal u in dezelve ure gegeven worden, wat gij spreken zult.
Lukas 10:41
En Jezus, antwoordende, zeide tot haar: Martha, Martha, gij bekommert en ontrust u over vele dingen;
Colossenzen 3:15
En de vrede Gods heerse in uw harten, tot welken gij ook geroepen zijt in een lichaam; en weest dankbaar.
Colossenzen 4:2
Houdt sterk aan in het gebed, en waakt in hetzelve met dankzegging;
1 Petrus 5:7
Werpt al uw bekommernis op Hem, want Hij zorgt voor u.
2 Kronieken 33:12-13
En als hij hem benauwde, bad hij het aangezicht des HEEREN, zijns Gods, ernstelijk aan, en vernederde zich zeer voor het aangezicht van den God zijner vaderen,
Psalmen 51:15
Heere, open mijn lippen, zo zal mijn mond Uw lof verkondigen.
Psalmen 55:17
Des avonds, en des morgens, en des middags zal ik klagen en getier maken; en Hij zal mijn stem horen.
Spreuken 15:8
Het offer der goddelozen is den HEERE een gruwel; maar het gebed der oprechten is Zijn welgevallen.
Daniël 3:16
Sadrach, Mesach en Abed-nego antwoordden en zeiden tot den koning Nebukadnezar: Wij hebben niet nodig u op deze zaak te antwoorden.
Mattheüs 13:22
En die in de doornen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort; en de zorgvuldigheid dezer wereld, en de verleiding des rijkdoms verstikt het Woord, en het wordt onvruchtbaar.
Lukas 12:22
En Hij zeide tot Zijn discipelen: Daarom zeg Ik u: Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten zult, noch voor het lichaam, waarmede gij u kleden zult.
Lukas 12:29
En gijlieden, vraagt niet, wat gij eten, of wat gij drinken zult; en weest niet wankelmoedig.
Lukas 18:7
Zal God dan geen recht doen Zijn uitverkorenen, die dag en nacht tot Hem roepen, hoewel Hij lankmoedig is over hen?
1 Corinthiërs 7:32
En ik wil, dat gij zonder bekommernis zijt. De ongetrouwde bekommert zich met de dingen des Heeren, hoe hij den Heere zal behagen;
2 Corinthiër 1:11
Alzo gijlieden ook medearbeidt voor ons door het gebed, opdat over de gave, door vele personen aan ons teweeggebracht ook voor ons dankzegging door velen gedaan worde.
Efeziërs 5:20
Dankende te allen tijd over alle dingen God en den Vader, in den Naam van onzen Heere Jezus Christus;
Colossenzen 3:17
En al wat gij doet met woorden of met werken, doet het alles in de Naam van de Heere Jezus, dankende God en de Vader door Hem.
1 Thessalonicenzen 5:17-18
Bidt zonder ophouden.
1 Petrus 4:7
En het einde aller dingen is nabij; zijt dan nuchteren, en waakt in de gebeden.
Judas 1:20-21
Maar geliefden, bouwt gij uzelven op uw allerheiligst geloof, biddende in den Heiligen Geest;
Genesis 32:7-12
Toen vreesde Jakob zeer, en hem was bange; en hij verdeelde het volk, dat met hem was, en de schapen, en de runderen, en de kemels, in twee heiren;
1 Samuël 1:15
Doch Hanna antwoordde en zeide: Neen, mijn heer! ik ben een vrouw, bezwaard van geest; ik heb noch wijn, noch sterken drank gedronken; maar ik heb mijn ziel uitgegoten voor het aangezicht des HEEREN.
Hooglied 2:14
Mijn duive, zijnde in de kloven der steenrotsen, in het verborgene ener steile plaats, toon Mij uw gedaante, doe Mij uw stem horen; want uw stem is zoet, en uw gedaante is liefelijk.
1 Corinthiërs 7:21
Zijt gij, een dienstknecht zijnde, geroepen, laat u dat niet bekommeren; maar indien gij ook kunt vrij worden, gebruik dat liever.
1 Samuël 7:12
Samuel nu nam een steen, en stelde dien tussen Mizpa en tussen Sen, en hij noemde diens naam Eben-Haezer; en hij zeide: Tot hiertoe heeft de HEERE ons geholpen.
2 Kronieken 32:20
Maar de koning Jehizkia en de profeet Jesaja, de zoon van Amoz, baden daartegen, en zij riepen naar den hemel.