40 Bijbelverzen over Dankbaarheid Tegenover Anderen

Meest relevante verzen

1 Corinthiërs 10:30

En indien ik door genade der spijze deelachtig ben, waarom word ik gelasterd over hetgeen, waarvoor ik dankzeg?

Filémon 1:7

Want wij hebben grote vreugde en vertroosting over uw liefde, dat de ingewanden der heiligen verkwikt zijn geworden door u, broeder!

Romeinen 14:6

Die den dag waarneemt, die neemt hem waar den Heere; en die den dag niet waarneemt, die neemt hem niet waar den Heere. Die daar eet, die eet zulks den Heere, want hij dankt God; en die niet eet, die eet zulks den Heere niet, en hij dankt God.

Psalmen 116:12

Wat zal ik den HEERE vergelden voor al Zijn weldaden aan mij bewezen?

Nehemia 12:40

Daarna stonden de beide dankkoren in Gods huis; ook ik en de helft der overheden met mij.

Deuteronomium 8:10

Als gij dan zult gegeten hebben, en verzadigd zijn, zo zult gij den HEERE, uw God, loven over dat goede land, dat Hij u zal hebben gegeven.

2 Corinthiër 9:13

Dewijl zij door de beproeving dezer bediening God verheerlijken over de onderwerping uwer belijdenis onder het Evangelie van Christus, en over de goeddadigheid der mededeling aan hen en aan allen;

1 Corinthiërs 14:17

Want gij dankzegt wel behoorlijk, maar de ander wordt niet gesticht.

Never miss a post

Public domain