Genesis 29:11

En Jakob kuste Rachel; en hij hief zijn stem op en weende.

Genesis 33:4

Toen liep Ezau hem tegemoet, en nam hem in den arm, en viel hem aan den hals, en kuste hem; en zij weenden.

Genesis 43:30

En Jozef haastte zich; want zijn ingewand ontstak jegens zijn broeder, en hij zocht te wenen; en hij ging in een kamer, en weende aldaar.

Genesis 45:2

En hij verhief zijn stem met wenen, zodat het de Egyptenaren hoorden, en dat het Farao's huis hoorde.

Genesis 45:14-15

En hij viel aan den hals van Benjamin, zijn broeder, en weende; en Benjamin weende aan zijn hals.

Genesis 27:26

En zijn vader Izak zeide tot hem: Kom toch bij, en kus mij, mijn zoon!

Genesis 29:13

En het geschiedde, als Laban die tijding hoorde van Jakob, zijner zusters zoon, zo liep hij hem tegemoet, en omhelsde hem, en kuste hem, en bracht hem tot zijn huis. En hij vertelde Laban al deze dingen.

Exodus 4:27

De HEERE zeide ook tot Aaron: Ga Mozes tegemoet in de woestijn. En hij ging, en ontmoette hem aan den berg Gods, en hij kuste hem.

Exodus 18:7

Toen ging Mozes uit, zijn schoonvader tegemoet, en hij boog zich, en kuste hem; en zij vraagden de een den ander naar den welstand, en zij gingen naar de tent.

Romeinen 16:16

Groet elkander met een heiligen kus. De Gemeenten van Christus groeten ulieden.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain