Genesis 50:9

En met hem togen op, zo wagenen als ruiteren; en het was een zeer zwaar heir.

Genesis 41:43

En hij deed hem rijden op den tweeden wagen, dien hij had; en zij riepen voor zijn aangezicht: Knielt! Alzo stelde hij hem over gans Egypteland.

Genesis 46:29

Toen spande Jozef zijn wagen aan, en toog op, zijn vader Israel tegemoet naar Gosen; en als hij zich aan hem vertoonde, zo viel hij hem aan zijn hals, en weende lang aan zijn hals.

Exodus 14:7

En hij nam zeshonderd uitgelezene wagens, ja, al de wagens van Egypte, en de hoofdlieden over die allen.

Exodus 14:17

En Ik, zie, Ik zal het hart der Egyptenaren verstokken, dat zij na hen daarin gaan; en Ik zal verheerlijkt worden aan Farao en aan al zijn heir, aan zijn wagenen en aan zijn ruiteren.

Exodus 14:28

Want als de wateren wederkeerden, zo bedekten zij de wagenen en de ruiters van het ganse heir van Farao, dat hen nagevolgd was in de zee; er bleef niet een van hen over.

2 Koningen 18:24

Hoe zoudt gij dan het aangezicht van een enigen vorst van de geringste knechten mijns heren afkeren? Maar gij vertrouwt op Egypte, om de wagenen en om de ruiteren.

Hooglied 1:9

Mijn vriendin! Ik vergelijk u bij de paarden aan de wagens van Farao.

Handelingen 8:2

En enige godvruchtige mannen droegen Stefanus te zamen ten grave en maakten groten rouw over hem.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain