Handelingen 12:18

En als het dag was geworden, was er geen kleine beroerte onder de krijgsknechten, wat toch aan Petrus mocht geschied zijn.

Handelingen 5:22-25

Doch als de dienaars daar kwamen, vonden zij hen in de gevangenis niet, maar keerden wederom, en boodschapten dit.

Handelingen 16:27

En de stokbewaarder, wakker geworden zijnde, en ziende de deuren der gevangenis geopend, trok een zwaard, en zou zichzelven omgebracht hebben, menende, dat de gevangenen ontvloden waren.

Handelingen 19:23

Maar op dienzelfden tijd ontstond er geen kleine beroerte, vanwege den weg des Heeren.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain