Handelingen 13:12
Als de stadhouder zag, hetgeen geschied was, toen geloofde hij, verslagen zijnde over de leer des Heeren.
Handelingen 13:7
Welke was bij den stadhouder Sergius Paulus, een verstandigen man. Deze, Barnabas en Saulus tot zich geroepen hebbende, zocht zeer het Woord Gods te horen.
Mattheüs 7:28-29
En het is geschied, als Jezus deze woorden geeindigd had, dat de scharen zich ontzetten over Zijn leer;
Mattheüs 27:54
En de hoofdman over honderd, en die met hem Jezus bewaarden, ziende de aardbeving, en de dingen, die geschied waren, werden zeer bevreesd, zeggende: Waarlijk, Deze was Gods Zoon!
Lukas 4:22
En zij gaven Hem allen getuigenis, en verwonderden zich over de aangename woorden, die uit Zijn mond voortkwamen; en zeiden: Is deze niet de Zoon van Jozef?
Lukas 7:16
En vreze beving hen allen, en zij verheerlijkten God, zeggende: Een groot Profeet is onder ons opgestaan, en God heeft Zijn volk bezocht.
Johannes 7:46
De dienaars antwoordden: Nooit heeft een mens alzo gesproken, gelijk deze Mens.
Handelingen 6:10
En zij konden niet wederstaan de wijsheid en den Geest, door Welken hij sprak.
Handelingen 13:49
En het Woord des Heeren werd door het gehele land uitgebreid.
Handelingen 15:35
En Paulus en Barnabas onthielden zich te Antiochie, lerende en verkondigende met nog vele anderen, het Woord des Heeren.
Handelingen 19:7
En alle deze waren omtrent twaalf mannen.
Handelingen 28:7
En hier, omtrent dezelfde plaats, had de voornaamste van het eiland, met name Publius, zijn landhoeven, die ons ontving, en drie dagen vriendelijk herbergde.
2 Corinthiër 10:4-5
Want de wapenen van onzen krijg zijn niet vleselijk, maar krachtig door God, tot nederwerping der sterkten;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd