14 Maar Petrus, staande met de elven, verhief zijn stem, en sprak tot hen: Gij Joodse mannen, en gij allen, die te Jeruzalem woont, dit zij u bekend, en laat mijn woorden tot uw oren ingaan.
14 But Peter, taking his stand with the eleven, raised his voice and declared to them: “Men of Judea and all you who live in Jerusalem, let this be known to you and give heed to my words.
17 En het zal zijn in de laatste dagen, (zegt God) Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten zien, en uw ouden zullen dromen dromen.
17 ‘And it shall be in the last days,’ God says,‘That I will pour forth of My Spirit on all mankind;And your sons and your daughters shall prophesy,And your young men shall see visions,And your old men shall dream dreams;
22 Gij Israelietische mannen, hoort deze woorden: Jezus den Nazarener, een Man van God, onder ulieden betoond door krachten, en wonderen, en tekenen, die God door Hem gedaan heeft, in het midden van u, gelijk ook gijzelven weet;
22 “Men of Israel, listen to these words: Jesus the Nazarene, a man attested to you by God with miracles and wonders and signs which God performed through Him in your midst, just as you yourselves know—
23 Dezen, door den bepaalden raad en voorkennis Gods overgegeven zijnde, hebt gij genomen, en door de handen der onrechtvaardigen aan het kruis gehecht en gedood;
23 this Man, delivered over by the predetermined plan and foreknowledge of God, you nailed to a cross by the hands of godless men and put Him to death.
29 Gij mannen broeders, het is mij geoorloofd vrij uit tot u te spreken van den patriarch David, dat hij beide gestorven en begraven is, en zijn graf is onder ons tot op dezen dag.
29 “Brethren, I may confidently say to you regarding the patriarch David that he both died and was buried, and his tomb is with us to this day.
30 Alzo hij dan een profeet was, en wist, dat God hem met ede gezworen had, dat hij uit de vrucht zijner lenden, zoveel het vlees aangaat, den Christus verwekken zou, om Hem op zijn troon te zetten;
30 And so, because he was a prophet and knew that God had sworn to him with an oath to seat one of his descendants on his throne,
33 Hij dan, door de rechter hand Gods verhoogd zijnde, en de belofte des Heiligen Geestes, ontvangen hebbende van den Vader, heeft dit uitgestort, dat gij nu ziet en hoort.
33 Therefore having been exalted to the right hand of God, and having received from the Father the promise of the Holy Spirit, He has poured forth this which you both see and hear.
38 En Petrus zeide tot hen: Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in den Naam van Jezus Christus, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen.
38 Peter said to them, “Repent, and each of you be baptized in the name of Jesus Christ for the forgiveness of your sins; and you will receive the gift of the Holy Spirit.
46 En dagelijks eendrachtelijk in den tempel volhardende, en van huis tot huis brood brekende, aten zij te zamen met verheuging en eenvoudigheid des harten;
46 Day by day continuing with one mind in the temple, and breaking bread from house to house, they were taking their meals together with gladness and sincerity of heart,