Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
En hij zeide: Hoe zou ik toch kunnen, zo mij niet iemand onderricht? En hij bad Filippus, dat hij zou opkomen, en bij hem zitten.
New American Standard Bible
And he said, "Well, how could I, unless someone guides me?" And he invited Philip to come up and sit with him.
Onderwerpen
Kruisreferenties
Romeinen 10:14
Hoe zullen zij dan Hem aanroepen, in Welken zij niet geloofd hebben? En hoe zullen zij in Hem geloven, van Welken zij niet gehoord hebben? En hoe zullen zij horen, zonder die hun predikt?
2 Koningen 5:9
Alzo kwam Naaman met zijn paarden en met zijn wagen, en stond voor de deur van het huis van Elisa.
2 Koningen 5:26
Maar hij zeide tot hem: Ging niet mijn hart mede, als die man zich omkeerde van op zijn wagen u tegemoet? Was het tijd, om dat zilver te nemen, en om klederen te nemen, en olijfbomen, en wijngaarden, en schapen, en runderen, en knechten, en dienstmaagden?
2 Koningen 10:15-16
En van daar gegaan zijnde, zo vond hij Jonadab, den zoon van Rechab, hem tegemoet; die hem groette; en hij zeide tot hem: Is uw hart recht, gelijk als mijn hart met uw hart is? En Jonadab zeide: Het is, ja, het is; geef uw hand. En hij gaf zijn hand, en hij deed hem tot zich op den wagen klimmen.
Psalmen 25:8-9
Teth. De HEERE is goed en recht; daarom zal Hij de zondaars onderwijzen in den weg.
Psalmen 73:16-17
Nochtans heb ik gedacht om dit te mogen verstaan; maar het was moeite in mijn ogen;
Psalmen 73:22
Toen was ik onvernuftig, en wist niets; ik was een groot beest bij U.
Spreuken 30:2-3
Voorwaar, ik ben onvernuftiger dan iemand; en ik heb geen mensenverstand;
Jesaja 29:18-19
En te dien dage zullen de doven horen de woorden des Boeks; en de ogen der blinden, zijnde uit de donkerheid en uit de duisternis, zullen zien.
Jesaja 35:8
En aldaar zal een verheven baan en een weg zijn, welke de heilige weg zal genaamd worden; de onreine zal er niet doorgaan, maar hij zal voor deze zijn; die dezen weg wandelt, zelfs de dwazen zullen niet dwalen.
Mattheüs 18:3-4
En zeide: Voorwaar zeg Ik u: Indien gij u niet verandert, en wordt gelijk de kinderkens, zo zult gij in het Koninkrijk der hemelen geenszins ingaan.
Markus 10:15
Voorwaar zeg Ik u: Zo wie het Koninkrijk Gods niet ontvangt, gelijk een kindeken, die zal in hetzelve geenszins ingaan.
1 Corinthiërs 3:18
Niemand bedriege zichzelven. Zo iemand onder u dunkt, dat hij wijs is in deze wereld, die worde dwaas, opdat hij wijs moge worden.
1 Corinthiërs 8:2
En zo iemand meent iets te weten, die heeft nog niets gekend, gelijk men behoort te kennen.
1 Corinthiërs 14:36-37
Is het Woord Gods van u uitgegaan? Of is het tot u alleen gekomen?
Jakobus 1:10
En de rijke in zijn vernedering; want hij zal als een bloem van het gras voorbijgaan.
Jakobus 1:21
Daarom, afgelegd hebbende alle vuiligheid en overvloed van boosheid, ontvangt met zachtmoedigheid het Woord, dat in u geplant wordt, hetwelk uw zielen kan zaligmaken.
1 Petrus 2:1-2
Zo legt dan af alle kwaadheid, en alle bedrog, en geveinsdheid, en nijdigheid, en alle achterklappingen;