Hebreeën 12:20

(Want zij konden niet dragen, hetgeen er geboden werd: Indien ook een gedierte den berg aanraakt, het zal gestenigd of met een pijl doorschoten worden.

Exodus 19:12-13

En bepaal het volk rondom, zeggende: Wacht u op den berg te klimmen, en deszelfs einde aan te roeren; al wie den berg aanroert, zal zekerlijk gedood worden.

Exodus 19:16

En het geschiedde op den derden dag, toen het morgen was, dat er op den berg donderen en bliksemen waren, en een zware wolk, en het geluid ener zeer sterke bazuin, zodat al het volk verschrikte, dat in het leger was.

Deuteronomium 33:2

Hij zeide dan: De HEERE is van Sinai gekomen, en is hunlieden opgegaan van Seir; Hij is blinkende verschenen van het gebergte Paran, en is aangekomen met tien duizenden der heiligen; tot Zijn rechterhand was een vurige wet aan hen.

Romeinen 3:19-20

Wij weten nu, dat al wat de wet zegt, zij dat spreekt tot degenen, die onder de wet zijn; opdat alle mond gestopt worde en de gehele wereld voor God verdoemelijk zij.

Galaten 2:19

Want ik ben door de wet der wet gestorven, opdat ik Gode leven zou.

Galaten 3:10

Want zovelen als er uit de werken der wet zijn, die zijn onder den vloek; want er is geschreven: Vervloekt is een iegelijk, die niet blijft in al hetgeen geschreven is in het boek der wet, om dat te doen.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain