Hooglied 8:3

Zijn linkerhand zij onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij.

Hooglied 2:6

Zijn linkerhand zij onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij.

Deuteronomium 33:27

De eeuwige God zij u een woning, en van onder eeuwige armen; en Hij verdrijve den vijand voor uw aangezicht, en zegge: Verdelg!

Jesaja 62:4-5

Tot u zal niet meer gezegd worden: De verlatene, en tot uw land zal niet meer gezegd worden: Het verwoeste; maar gij zult genoemd worden: Mijn lust is aan haar! en uw land: Het getrouwde; want de HEERE heeft een lust aan u, en uw land zal getrouwd worden.

2 Corinthiër 12:9

En Hij heeft tot mij gezegd: Mijn genade is u genoeg; want Mijn kracht wordt in zwakheid volbracht. Zo zal ik dan veel liever roemen in mijn zwakheden, opdat de kracht van Christus in mij wone.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain