Hosea 12:5
Ja, hij gedroeg zich vorstelijk tegen den Engel, en overmocht Hem; hij weende en smeekte Hem. Te Beth-El vond hij Hem, en aldaar sprak Hij met ons;
Exodus 3:15
Toen zeide God verder tot Mozes: Aldus zult gij tot de kinderen Israels zeggen: De HEERE, de God uwer vaderen, de God van Abraham, de God van Izak, en de God van Jakob, heeft mij tot ulieden gezonden; dat is Mijn Naam eeuwiglijk, en dat is Mijn gedachtenis van geslacht tot geslacht.
Genesis 28:16
Toen nu Jakob van zijn slaap ontwaakte, zeide hij: Gewisselijk is de HEERE aan deze plaats, en ik heb het niet geweten!
Genesis 32:30
En Jakob noemde den naam dier plaats Pniel: Want, zeide hij, ik heb God gezien van aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest.
Psalmen 135:13
O HEERE! Uw Naam is in eeuwigheid; HEERE! Uw gedachtenis is van geslacht tot geslacht.
Jesaja 42:8
Ik ben de HEERE, dat is Mijn Naam; en Mijn eer zal Ik geen anderen geven, noch Mijn lof den gesneden beelden.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd