Jeremia 15:16

Als Uw woorden gevonden zijn, zo heb ik ze opgegeten, en Uw woord is mij geweest tot vreugde en tot blijdschap mijns harten; want ik ben naar Uw Naam genoemd, o HEERE, God der heirscharen!

Jeremia 14:9

Waarom zoudt Gij zijn als een versaagd man, als een held, die niet kan verlossen? Gij zijt toch in het midden van ons, o HEERE! en wij zijn naar Uw Naam genoemd, verlaat ons niet.

Job 23:12

Het gebod Zijner lippen heb ik ook niet weggedaan; de redenen Zijns monds heb ik meer dan mijn bescheiden deel weggelegd.

Psalmen 119:72

De wet Uws monds is mij beter, dan duizenden van goud of zilver.

Psalmen 19:10

Zij zijn begeerlijker dan goud, ja, dan veel fijn goud; en zoeter dan honig en honigzeem.

Psalmen 119:97

Mem. Hoe lief heb ik Uw wet! Zij is mijn betrachting den gansen dag.

Psalmen 119:111

Ik heb Uw getuigenissen genomen tot een eeuwige erve, want zij zijn mijns harten vrolijkheid.

Ezechiël 3:1-3

Daarna zeide Hij tot mij: Mensenkind, eet, wat gij vinden zult; eet deze rol, en ga, spreek tot het huis Israels.

Openbaring 10:9-10

En ik ging henen tot den engel, zeggende tot hem: Geef mij dat boeksken. En hij zeide tot mij: Neem dat en eet het op; en het zal uw buik bitter maken, maar in uw mond zal het zoet zijn als honig.

Psalmen 119:101-103

Ik heb mijn voeten geweerd van alle kwade paden, opdat ik Uw woord zou onderhouden.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd