Jeremia 49:21
De aarde heeft gebeefd van het geluid huns vals, van het gekrijt, welks geluid gehoord is bij de Schelfzee.
Jeremia 50:46
De aarde is bevende geworden van het geluid der inneming van Babel, en het gekrijt is gehoord onder de volken.
Jesaja 14:4-15
Dan zult gij deze spreuk opnemen tegen den koning van Babel, en zeggen: Hoe houdt de drijver op? Hoe houdt de goudene op?
Ezechiël 21:16
Houd u bijeen, o zwaard! keer u rechtsom, schik u, keer u linksom, waarhenen uw aangezicht gesteld is.
Ezechiël 26:15-18
Alzo zegt de Heere HEERE tot Tyrus: Zullen niet de eilanden van het geluid uws vals beven, als de dodelijk verwonde zal kermen, wanneer men in het midden van u schrikkelijk zal moorden?
Ezechiël 32:10
En Ik zal maken, dat zich vele volken over u ontzetten, en hun koningen zullen de haren over u te berge staan, als Ik Mijn zwaard zal zwaaien voor hun aangezichten; en zij zullen elk ogenblik sidderen, een ieder voor zijn ziel, ten dage uws vals.
Openbaring 18:10
Van verre staande uit vreze van haar pijniging, zeggende: Wee, wee, de grote stad Babylon, de sterke stad, want uw oordeel is in een ure gekomen.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd