Jesaja 2:1

Het woord, dat Jesaja, de zoon van Amoz, gezien heeft over Juda en Jeruzalem.

Jesaja 1:1

Het gezicht van Jesaja, den zoon van Amoz, hetwelk hij zag over Juda en Jeruzalem, in de dagen van Uzzia, Jotham, Achaz en Hizkia, de koningen van Juda.

Jesaja 13:1

De last van Babel, dien Jesaja, de zoon van Amoz, gezien heeft.

Amos 1:1

De woorden van Amos, die onder de veeherderen was van Thekoa, dewelke hij gezien heeft over Israel, in de dagen van Uzzia, koning van Juda, en in de dagen van Jerobeam, zoon van Joas, koning van Israel; twee jaren voor de aardbeving.

Micha 1:1

Het woord des HEEREN, dat geschied is tot Micha, den Morastiet, in de dagen van Jotham, Achaz en Jehizkia, koningen van Juda; dat hij gezien heeft over Samaria en Jeruzalem.

Micha 6:9

De stem des HEEREN roept tot de stad (want Uw Naam ziet het wezen): Hoort de roede, en wie ze besteld heeft!

Habakuk 1:1

De last, welken Habakuk, de profeet, gezien heeft.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd