2 Een hard gezicht is mij te kennen gegeven: die trouweloze handelt trouwelooslijk, en die verstoorder verstoort; trek op, o Elam! beleger ze, o Media! Ik heb al haar zuchting doen ophouden.
2 A harsh vision has been shown to me;The treacherous one still deals treacherously, and the destroyer still destroys.Go up, Elam, lay siege, Media;I have made an end of all the groaning she has caused.
3 Daarom zijn mijn lendenen vol van grote krankheid, bange weeen hebben mij aangegrepen, gelijk de bange weeen van een, die baart; ik krom mij van horen, ik word ontsteld van het aanzien.
3 For this reason my loins are full of anguish;Pains have seized me like the pains of a woman in labor.I am so bewildered I cannot hear, so terrified I cannot see.
9 En zie nu, daar komt een wagen mannen, en een paar ruiters! Toen antwoordde hij, en zeide: Babel is gevallen, zij is gevallen! en al de gesneden beelden harer goden heeft Hij verbroken tegen de aarde.
9 “Now behold, here comes a troop of riders, horsemen in pairs.”And one said, “Fallen, fallen is Babylon;And all the images of her gods are shattered on the ground.”