Job 12:24

Hij neemt het hart van de hoofden des volks der aarde weg, en doet hen dwalen in het woeste, waar geen weg is.

Psalmen 107:40

Hij stort verachting uit over de prinsen, en doet hen dwalen in het woeste, waar geen weg is.

Job 12:20

Hij beneemt den getrouwen de spraak, en der ouden oordeel neemt Hij weg.

Job 17:4

Want hun hart hebt Gij van kloek verstand verborgen; daarom zult Gij hen niet verhogen.

Psalmen 107:4

Die in de woestijn dwaalden, in een weg der wildernis, die geen stad ter woning vonden;

Jesaja 6:9-10

Toen zeide Hij: Ga henen, en zeg tot dit volk: Horende hoort, maar verstaat niet, en ziende ziet, maar merkt niet.

Jesaja 19:1

De last van Egypte. Ziet, de HEERE rijdt op een snelle wolk, en Hij zal in Egypte komen; en de afgoden van Egypte zullen bewogen worden van Zijn aangezicht, en het hart der Egyptenaren zal smelten in het binnenste van hen.

Daniël 4:16

Zijn hart worde veranderd, dat het geens mensen hart meer zij, en hem worde eens beesten hart gegeven, en laat zeven tijden over hem voorbijgaan.

Daniël 4:33

Ter zelfder ure werd dat woord volbracht over Nebukadnezar, want hij werd uit de mensen verstoten, en hij at gras als de ossen, en zijn lichaam werd van den dauw des hemels nat gemaakt, totdat zijn haar wies als der arenden vederen, en zijn nagelen als der vogelen.

Hosea 7:11

Want Efraim is als een botte duif, zonder hart; zij roepen Egypte aan, zij gaan henen tot Assur.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain