Job 12:6

De tenten der verwoesters hebben rust, en die Gode tergen, hebben verzekerdheden, om hetgene God met Zijn hand toebrengt.

Job 9:24

De aarde wordt gegeven in de hand des goddelozen; Hij overdekt het aangezicht harer rechteren; zo niet, wie is Hij dan?

Job 21:7-15

Waarom leven de goddelozen, worden oud, ja, worden geweldig in vermogen?

Job 22:18

Hij had immers hun huizen met goed gevuld; daarom is de raad der goddelozen verre van mij.

Psalmen 17:14

Met Uw hand van de lieden, o HEERE! van de lieden, die van de wereld zijn, welker deel in dit leven is, welker buik Gij vervult met Uw verborgen schat; de kinderen worden verzadigd, en zij laten hun overschot hun kinderkens achter.

Psalmen 37:1

Een psalm van David. Aleph. Ontsteek u niet over de boosdoeners; benijd hen niet, die onrecht doen.

Psalmen 37:35

Resch. Ik heb gezien een gewelddrijvende goddeloze, die zich uitbreidde als een groene inlandse boom.

Psalmen 73:11-12

Dat zij zeggen: Hoe zou het God weten, en zou er wetenschap zijn bij den Allerhoogste?

Jeremia 5:27

Gelijk een kouw vol is van gevogelte, alzo zijn hun huizen vol van bedrog; daarom zijn zij groot en rijk geworden.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd