Job 14:18

En voorwaar, een berg vallende vergaat, en een rots wordt versteld uit haar plaats;

Job 18:4

O gij, die zijn ziel verscheurt door zijn toorn! Zal om uwentwil de aarde verlaten worden, en zal een rots versteld worden uit haar plaats?

Psalmen 102:25-26

Gij hebt voormaals de aarde gegrond, en de hemelen zijn het werk Uwer handen;

Jesaja 40:12

Wie heeft de wateren met Zijn vuist gemeten, en van de hemelen met de span de maat genomen, en heeft met een drieling het stof der aarde begrepen, en de bergen gewogen in een waag, en de heuvelen in een weegschaal?

Jesaja 41:15-16

Ziet, Ik heb u tot een scherpe nieuwe dorsslede gesteld, die scherpe pinnen heeft; gij zult bergen dorsen en vermalen, en heuvelen zult gij stellen gelijk kaf.

Jesaja 54:10

Want bergen zullen wijken, en heuvelen wankelen; maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken, en het verbond Mijns vredes zal niet wankelen, zegt de HEERE, uw Ontfermer.

Jesaja 64:1

Och, dat Gij de hemelen scheurdet, dat Gij nederkwaamt, dat de bergen van Uw aangezicht vervloten;

Jeremia 4:24

Ik zag de bergen aan, en ziet, zij beefden; en al de heuvelen schudden.

Mattheüs 27:51

En ziet, het voorhangsel des tempels scheurde in tweeen, van boven tot beneden; en de aarde beefde, en de steenrotsen scheurden.

Openbaring 6:14

En de hemel is weggeweken, als een boek, dat toegerold wordt; en alle bergen en eilanden zijn bewogen uit hun plaatsen.

Openbaring 8:8

En de tweede engel heeft gebazuind, en er werd iets als een grote berg, van vuur brandende, in de zee geworpen; en het derde deel der zee is bloed geworden.

Openbaring 20:11

En ik zag een groten witten troon, en Dengene, Die daarop zat, van Wiens aangezicht de aarde en de hemel wegvloden, en geen plaats is voor die gevonden.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain