Job 21:27

Ziet, ik weet ulieder gedachten, en de boze verdichtselen, waarmede gij tegen mij geweld doet.

Job 4:8-11

Maar gelijk als ik gezien heb: die ondeugd ploegen, en moeite zaaien, maaien dezelve.

Job 5:3-5

Ik heb gezien een dwaas wortelende; doch terstond vervloekte ik zijn woning.

Job 8:3-6

Zou dan God het recht verkeren, en zou de Almachtige de gerechtigheid verkeren?

Job 15:20-35

Te allen dage doet de goddeloze zichzelven weedom aan; en weinige jaren in getal zijn voor den tiran weggelegd.

Job 20:5

Dat het gejuich de goddelozen van nabij geweest is, en de vreugde des huichelaars voor een ogenblik?

Job 20:29

Dit is het deel des goddelozen mensen van God, en de erve zijner redenen van God.

Job 32:3

Zijn toorn ontstak ook tegen zijn drie vrienden, omdat zij, geen antwoord vindende, nochtans Job verdoemden.

Job 42:7

Het geschiedde nu, nadat de HEERE die woorden tot Job gesproken had, dat de HEERE tot Elifaz, den Themaniet, zeide: Mijn toorn is ontstoken tegen u, en tegen uw twee vrienden, want gijlieden hebt niet recht van Mij gesproken, gelijk Mijn knecht Job.

Psalmen 59:4

Zij lopen en bereiden zich zonder mijn misdaad; waak op mij tegemoet, en zie.

Psalmen 119:86

Al Uw geboden zijn waarheid; zij vervolgen mij met leugen, help mij.

Lukas 5:22

Maar Jezus, hun overdenkingen bekennende, antwoordde en zeide tot hen: Wat overdenkt gij in uw harten?

1 Petrus 2:19

Want dat is genade, indien iemand om het geweten voor God zwarigheid verdraagt, lijdende ten onrechte.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd