Job 36:4

Want voorwaar, mijn woorden zullen geen valsheid zijn; een, die oprecht is van gevoelen, is bij u.

Job 37:16

Hebt gij wetenschap van de opwegingen der dikke wolken; de wonderheden Desgenen, Die volmaakt is in wetenschappen?

1 Corinthiërs 14:20

Broeders, wordt geen kinderen in het verstand, maar zijt kinderen in de boosheid, en wordt in het verstand volwassen.

2 Timotheüs 3:16-17

Al de Schrift is van God ingegeven, en is nuttig tot lering, tot wederlegging, tot verbetering, tot onderwijzing, die in de rechtvaardigheid is;

Job 13:4

Want gewisselijk, gij zijt leugenstoffeerders; gij allen zijt nietige medicijnmeesters.

Job 13:7

Zult gij voor God onrecht spreken, en zult gij voor Hem bedriegerij spreken?

Job 21:27

Ziet, ik weet ulieder gedachten, en de boze verdichtselen, waarmede gij tegen mij geweld doet.

Job 21:34

Hoe vertroost gij mij dan met ijdelheid, dewijl in uw antwoorden overtreding overig is?

Job 22:6-30

Want gij hebt uw broederen zonder oorzaak pand afgenomen, en de klederen der naakten hebt gij uitgetogen.

Job 33:3

Mijn redenen zullen de oprechtigheid mijns harten, en de wetenschap mijner lippen, wat zuiver is, uitspreken.

Psalmen 49:3

Mijn mond zal enkel wijsheid spreken, en de overdenking mijns harten zal vol verstand zijn.

Spreuken 8:7-8

Want Mijn gehemelte zal de waarheid bedachtelijk uitspreken, en de goddeloosheid is Mijn lippen een gruwel.

Spreuken 22:20-21

Heb ik u niet heerlijke dingen geschreven van allerlei raad en wetenschap?

Lukas 1:3

Zo heeft het ook mij goed gedacht, hebbende alles van voren aan naarstiglijk onderzocht, vervolgens aan u te schrijven, voortreffelijke Theofilus!

Handelingen 24:22

Toen nu Felix dit gehoord had, stelde hij hen uit, zeggende: Als ik nader wetenschap van dezen weg zal hebben, wanneer Lysias, de overste, zal afgekomen zijn, zo zal ik volle kennis nemen van uw zaken.

2 Corinthiër 2:17

Want wij dragen niet, gelijk velen, het Woord Gods te koop, maar als uit oprechtheid, maar als uit God, in de tegenwoordigheid Gods, spreken wij het in Christus.

Colossenzen 4:12

U groet Epafras, die uit de uwen is, een dienstknecht van Christus, te allen tijde strijdende voor u in de gebeden, opdat gij staan moogt volmaakt en volkomen in al den wil van God.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain