Job 37:17
Hoe uw klederen warm worden, als Hij de aarde stil maakt uit het zuiden?
Job 6:17
Ten tijde, als zij van hitte vervlieten, worden zij uitgedelgd; als zij warm worden, verdwijnen zij uit haar plaats.
Job 38:31
Kunt gij de liefelijkheden van het Zevengesternte binden, of de strengen des Orions losmaken?
Psalmen 147:18
Hij zendt Zijn woord, en doet ze smelten; Hij doet Zijn wind waaien, de wateren vloeien henen.
Lukas 12:55
En wanneer gij den zuidenwind ziet waaien, zo zegt gij: Er zal hitte zijn; en het geschiedt.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd