Job 41:5
Wie zou de deuren zijns aangezichts opendoen? Rondom zijn tanden is verschrikking.
Richteren 16:25-30
En het geschiedde, als hun hart vrolijk was, dat zij zeiden: Roept Simson, dat hij voor ons spele. En zij riepen Simson uit het gevangenhuis; en hij speelde voor hun aangezichten, en zij deden hem staan tussen de pilaren.
Job 28:11
Hij bindt de rivier toe, dat niet een traan uitkomt, en het verborgene brengt hij uit in het licht.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd