Parallel Verses

Dutch Staten Vertaling

Hoe lang zult gij deze dingen spreken, en de redenen uws monds een geweldige wind zijn?

New American Standard Bible

"How long will you say these things, And the words of your mouth be a mighty wind?

Kruisreferenties

Job 6:26

Zult gij, om te bestraffen, woorden bedenken, en zullen de redenen des mismoedigen voor wind zijn?

1 Koningen 19:11

En Hij zeide: Ga uit, en sta op dezen berg, voor het aangezicht des HEEREN. En ziet, de HEERE ging voorbij, en een grote en sterke wind, scheurende de bergen, en brekende de steenrotsen, voor den HEERE henen; doch de HEERE was in den wind niet; en na dezen wind een aardbeving; de HEERE was ook in de aardbeving niet;

Job 15:2

Zal een wijs man winderige wetenschap voor antwoord geven, en zal hij zijn buik vullen met oostenwind?

Exodus 10:3

Zo gingen Mozes en Aaron tot Farao, en zeiden tot hem: Zo zegt de HEERE, de God der Hebreen: Hoe lang weigert gij u voor Mijn aangezicht te verootmoedigen? Laat Mijn volk trekken, dat zij Mij dienen.

Exodus 10:7

En de knechten van Farao zeiden tot hem: Hoe lang zal ons deze tot een strik zijn, laat de mannen trekken, dat zij den HEERE hun God dienen! weet gij nog niet, dat Egypte verloren is?

Job 6:9

En dat het Gode beliefde, dat Hij mij verbrijzelde, Zijn hand losliet, en een einde met mij maakte!

Job 7:11

Zo zal ik ook mijn mond niet wederhouden, ik zal spreken in benauwdheid mijns geestes; ik zal klagen in bitterheid mijner ziel.

Job 11:2-3

Zou de veelheid der woorden niet beantwoord worden, en zou een klapachtig man recht hebben?

Job 16:3

Zal er een einde zijn aan de winderige woorden? Of wat stijft u, dat gij alzo antwoordt?

Job 18:2

Hoe lang is het, dat gijlieden een einde van woorden zult maken? Merkt op, en daarna zullen wij spreken.

Job 19:2-3

Hoe lang zult gijlieden mijn ziel bedroeven, en mij met woorden verbrijzelen?

Spreuken 1:22

Gij slechten! hoe lang zult gij de slechtigheid beminnen, en de spotters voor zich de spotternij begeren, en de zotten wetenschap haten?

Vers Info

Context Lezingen

1 Toen antwoordde Bildad, de Suhiet, en zeide: 2 Hoe lang zult gij deze dingen spreken, en de redenen uws monds een geweldige wind zijn? 3 Zou dan God het recht verkeren, en zou de Almachtige de gerechtigheid verkeren?


Public domain

New American Standard Bible Copyright ©1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 by The Lockman Foundation, La Habra, Calif. All rights reserved. For Permission to Quote Information visit http://www.lockman.org