Job 8:5

Maar indien gij naar God vroeg zoekt, en tot den Almachtige om genade bidt;

Job 11:13

Indien gij uw hart bereid hebt, zo breid uw handen tot Hem uit.

2 Kronieken 33:12-13

En als hij hem benauwde, bad hij het aangezicht des HEEREN, zijns Gods, ernstelijk aan, en vernederde zich zeer voor het aangezicht van den God zijner vaderen,

Job 5:8

Doch ik zou naar God zoeken, en tot God mijn aanspraak richten;

Job 22:21-30

Gewen u toch aan Hem, en heb vrede; daardoor zal u het goede overkomen.

Jesaja 55:6-7

Zoekt den HEERE, terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is.

Mattheüs 7:7-8

Bidt, en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal opengedaan worden.

Hebreeën 3:7-8

Daarom, gelijk de Heilige Geest zegt: Heden, indien gij Zijn stem hoort,

Jakobus 4:7-10

Zo onderwerpt u dan Gode; wederstaat den duivel, en hij zal van u vlieden.

Treasury of Scripture Knowledge did not add