Johannes 13:26

Jezus antwoordde: Deze is het, dien Ik de bete, als Ik ze ingedoopt heb, geven zal. En als Hij de bete ingedoopt had, gaf Hij ze Judas, Simons zoon, Iskariot.

Mattheüs 26:23

En Hij, antwoordende, zeide: Die de hand met Mij in den schotel indoopt, die zal Mij verraden.

Markus 14:19-20

En zij begonnen bedroefd te worden, en de een na de ander tot Hem te zeggen: Ben ik het? En een ander: Ben ik het?

Lukas 22:21

Doch ziet, de hand desgenen, die Mij verraadt, is met Mij aan de tafel.

Johannes 6:70-71

Jezus antwoordde hun: Heb Ik niet u twaalf uitverkoren? En een uit u is een duivel.

Johannes 12:4-6

Zo zeide dan een van Zijn discipelen, namelijk Judas, Simons zoon, Iskariot, die Hem verraden zou:

Johannes 13:30

Hij dan, de bete genomen hebbende, ging terstond uit. En het was nacht.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain