Johannes 4:1

Als dan de Heere verstond, dat de Farizeen gehoord hadden, dat Jezus meer discipelen maakte en doopte dan Johannes;

Johannes 3:22

Na dezen kwam Jezus en Zijn discipelen in het land van Judea, en onthield Zich aldaar met hen, en doopte.

Johannes 3:26

En zij kwamen tot Johannes, en zeiden tot hem: Rabbi, Die met u was over de Jordaan, Welken gij getuigenis gaaft, zie, Die doopt, en zij komen allen tot Hem.

Lukas 2:11

Namelijk dat u heden geboren is de Zaligmaker, welke is Christus, de Heere, in de stad Davids.

Lukas 19:31

En indien iemand u vraagt: Waarom ontbindt gij dat, zo zult gij alzo tot hem zeggen: Omdat het de Heere van node heeft.

Lukas 19:34

En zij zeiden: De Heere heeft het van node.

Handelingen 10:36

Dit is het woord, dat Hij gezonden heeft den kinderen Israels, verkondigende vrede door Jezus Christus; deze is een Heere van allen.

1 Corinthiërs 2:8

Welke niemand van de oversten dezer wereld gekend heeft; want indien zij ze gekend hadden, zo zouden zij den Heere der heerlijkheid niet gekruist hebben.

1 Corinthiërs 15:47

De eerste mens is uit de aarde, aards; de tweede Mens is de Heere uit den hemel.

2 Corinthiër 4:5

Want wij prediken niet onszelven, maar Christus Jezus, den Heere; en onszelven, dat wij uw dienaars zijn om Jezus' wil.

Jakobus 2:1

Mijn broeders, hebt niet het geloof van onzen Heere Jezus Christus, den Heere der heerlijkheid, met aanneming des persoons.

Openbaring 19:16

En Hij heeft op Zijn kleed en op Zijn dij dezen Naam geschreven: Koning der koningen, en Heere der heren.

Lukas 1:76

En gij, kindeken, zult een profeet des Allerhoogsten genaamd worden; want gij zult voor het aangezicht des Heeren heengaan, om Zijn wegen te bereiden;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain