Johannes 5:2

En er is te Jeruzalem aan de Schaaps poort, een badwater, hetwelk in het Hebreeuws toegenaamd wordt Bethesda, hebbende vijf zalen.

Nehemia 3:1

En Eljasib, de hogepriester, maakte zich op met zijn broederen, de priesteren, en zij bouwden de Schaapspoort; zij heiligden ze, en richtten haar deuren op; ja, zij heiligden ze tot aan den toren Mea, tot aan den toren Hananeel.

Nehemia 12:39

En van boven de poort van Efraim, en boven de Oude poort, en boven de Vispoort, en den toren Hananeel, en den toren Mea, tot aan de Schaapspoort, en zij bleven staan in de Gevangenpoort.

Nehemia 3:32

En tussen de opperzaal van het punt tot de Schaapspoort toe, verbeterden de goudsmeden en de kruideniers.

Jesaja 22:9

En gijlieden zult bezien de reten der stad Davids, omdat zij vele zijn; en gij zult de wateren des ondersten vijvers vergaderen.

Jesaja 22:11

Ook zult gij een gracht maken tussen beide de muren, voor de wateren des ouden vijvers; maar gij zult niet opwaarts zien op Dien, Die zulks gedaan heeft, noch aanmerken Dien, Die dat van verre tijden geformeerd heeft.

Johannes 19:13

Als Pilatus dan dit woord hoorde, bracht hij Jezus uit, en zat neder op den rechterstoel, in de plaats, genaamd Lithostrotos, en in het Hebreeuws Gabbatha.

Johannes 19:17

En Hij, dragende Zijn kruis, ging uit naar de plaats, genaamd Hoofdschedelplaats, welke in het Hebreeuws genaamd wordt Golgotha;

Johannes 19:20

Dit opschrift dan lazen velen van de Joden; want de plaats, waar Jezus gekruist werd, was nabij de stad; en het was geschreven in het Hebreeuws, in het Grieks, en in het Latijn.

Johannes 20:16

Jezus zeide tot haar: Maria! Zij, zich omkerende, zeide tot Hem: Rabbouni, hetwelk is gezegd: Meester.

Handelingen 21:40

En als hij het toegelaten had, Paulus, staande op de trappen, wenkte met de hand tot het volk; en als er grote stilte geworden was, sprak hij hen aan in de Hebreeuwse taal, zeggende:

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain