Johannes 8:22
De Joden dan zeiden: Zal Hij ook Zichzelven doden, omdat Hij zegt: Waar Ik heenga, kunt gijlieden niet komen?
Johannes 8:48
De Joden dan antwoordden en zeiden tot Hem: Zeggen wij niet wel, dat Gij een Samaritaan zijt, en den duivel hebt?
Johannes 8:52
De Joden dan zeiden tot Hem: Nu bekennen wij, dat Gij den duivel hebt. Abraham is gestorven, en de profeten; en zegt Gij: Zo iemand Mijn woord bewaard zal hebben, die zal den dood niet smaken in der eeuwigheid?
Psalmen 22:6
Maar ik ben een worm en geen man, een smaad van mensen, en veracht van het volk.
Psalmen 31:18
Laat de valse lippen stom worden, die hard spreken tegen den rechtvaardige, in hoogmoed en verachting.
Psalmen 123:4
Onze ziel is veel te zat des spots der weelderigen, der verachting der hovaardigen.
Johannes 7:20
De schare antwoordde en zeide: Gij hebt den duivel; wie zoekt U te doden?
Johannes 7:35
De Joden dan zeiden tot elkander: Waar zal Deze heengaan, dat wij Hem niet zullen vinden? Zal Hij tot de verstrooide Grieken gaan, en de Grieken leren?
Johannes 10:20
En velen van hen zeiden: hij heeft den duivel, en is uitzinnig; wat hoort gij Hem?
Hebreeën 12:3
Want aanmerkt Dezen, Die zodanig een tegenspreken van de zondaren tegen Zich heeft verdragen, opdat gij niet verflauwt en bezwijkt in uw zielen.
Hebreeën 13:13
Zo laat ons dan tot Hem uitgaan buiten de legerplaats, Zijn smaadheid dragende.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd