Johannes 8:27

Zij verstonden niet, dat Hij hun van den Vader sprak.

Jesaja 6:9

Toen zeide Hij: Ga henen, en zeg tot dit volk: Horende hoort, maar verstaat niet, en ziende ziet, maar merkt niet.

Jesaja 42:18-20

Hoort, gij doven! en schouwt aan, gij blinden! om te zien.

Jesaja 59:10

Wij tasten naar den wand, gelijk de blinden, en, gelijk die geen ogen hebben, tasten wij; wij stoten ons op den middag, als in de schemering, wij zijn in woeste plaatsen gelijk de doden.

Johannes 8:43

Waarom kent gij Mijn spraak niet? Het is, omdat gij Mijn woord niet kunt horen.

Johannes 8:47

Die uit God is, hoort de woorden Gods; daarom hoort gijlieden niet, omdat gij uit God niet zijt.

Romeinen 11:7-10

Wat dan? Hetgeen Israel zoekt, dat heeft het niet verkregen; maar de uitverkorenen hebben het verkregen, en de anderen zijn verhard geworden.

2 Corinthiër 4:3-4

Doch indien ook ons Evangelie bedekt is, zo is het bedekt in degenen, die verloren gaan;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain