Jozua 16:2

En het komt van Beth-El uit naar Luz; en het gaat door tot de landpale des Archiets, tot Ataroth toe;

Jozua 18:13

En van daar gaat de landpale door naar Luz, aan de zijde van Luz, welke is Beth-El, zuidwaarts; en deze landpale gaat af naar Atroth-Addar, aan den berg, die aan de zuidzijde van het benedenste Beth-Horon is.

Genesis 28:19

En hij noemde den naam dier plaats Beth-El; daar toch de naam dier stad te voren was Luz.

Richteren 1:22-26

En het huis van Jozef toog ook op naar Beth-El. En de HEERE was met hen.

2 Samuël 16:16

En het geschiedde, als Husai, de Archiet, Davids vriend, tot Absalom kwam, dat Husai tot Absalom zeide: De koning leve, de koning leve!

1 Kronieken 27:33

En Achitofel was raad des konings; en Husai, de Archiet, was des konings vriend.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain