Leviticus 24:19
Als ook iemand aan zijn naaste een gebrek zal aangebracht hebben; gelijk als hij gedaan heeft, zo zal ook aan hem gedaan worden:
Deuteronomium 19:21
En uw oog zal niet verschonen; ziel om ziel, oog om oog, tand om tand, hand om hand, voet om voet.
Mattheüs 5:38
Gij hebt gehoord, dat gezegd is: Oog om oog, en tand om tand.
Mattheüs 7:2
Want met welk oordeel gij oordeelt, zult gij geoordeeld worden; en met welke mate gij meet, zal u wedergemeten worden.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd