Leviticus 25:53
Als een dagloner zal hij van jaar tot jaar bij hem zijn; men zal over hem geen heerschappij hebben met wreedheid voor uw ogen.
Leviticus 25:43
Gij zult geen heerschappij over hem hebben met wreedheid; maar gij zult vrezen voor uw God.
Leviticus 25:46
En gij zult u tot bezitters over hen stellen voor uw kinderen na u, opdat zij de bezitting erven; gij zult hen in eeuwigheid doen dienen; maar over uw broeders, de kinderen Israels, een iegelijk over zijn broeder, gij zult over hem geen heerschappij hebben met wreedheid.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd