Lukas 12:30

Want al deze dingen zoeken de volken der wereld; maar uw Vader weet, dat gij deze dingen behoeft.

Mattheüs 6:8

Wordt dan hun niet gelijk; want uw Vader weet, wat gij van node hebt, eer gij Hem bidt.

Mattheüs 6:32

Want al deze dingen zoeken de heidenen; want uw hemelse Vader weet, dat gij al deze dingen behoeft.

Mattheüs 5:47

En indien gij uw broeders alleen groet, wat doet gij boven anderen? Doen ook niet de tollenaars alzo?

Mattheüs 6:1

Hebt acht, dat gij uw aalmoes niet doet voor de mensen, om van hen gezien te worden; anders zo hebt gij geen loon bij uw Vader, Die in de hemelen is.

Mattheüs 10:20

Want gij zijt het niet, die spreekt, maar het is de Geest uws Vaders, Die in u spreekt.

Mattheüs 18:14

Alzo is de wil niet uws Vaders, Die in de hemelen is, dat een van deze kleinen verloren ga.

Lukas 12:32

Vreest niet, gij klein kuddeken, want het is uws Vaders welbehagen, ulieden het Koninkrijk te geven.

Johannes 20:17

Jezus zeide tot haar: Raak Mij niet aan, want Ik ben nog niet opgevaren tot Mijn Vader; maar ga heen tot Mijn broeders, en zeg hun: Ik vare op tot Mijn Vader en uw Vader, en tot Mijn God en uw God.

Efeziërs 4:17

Ik zeg dan dit, en betuig het in den Heere, dat gij niet meer wandelt, gelijk als de andere heidenen wandelen in de ijdelheid huns gemoeds.

1 Thessalonicenzen 4:5

Niet in kwade beweging der begeerlijkheid, gelijk als de heidenen, die God niet kennen.

1 Petrus 4:2-4

Om nu niet meer naar de begeerlijkheden der mensen, maar naar den wil van God, den tijd, die overig is in het vlees, te leven.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain