Lukas 14:6

En zij konden Hem daarop niet weder antwoorden.

Lukas 20:40

En zij durfden Hem niet meer iets vragen.

Mattheüs 22:46

En niemand kon Hem een woord antwoorden; noch iemand durfde Hem van dien dag aan iets meer vragen.

Lukas 13:17

En als Hij dit zeide, werden zij allen beschaamd, die zich tegen Hem stelden; en al de schare verblijdde zich over al de heerlijke dingen, die van Hem geschiedden.

Lukas 20:26

En zij konden Hem in Zijn woord niet vatten voor het volk; en zich verwonderende over Zijn antwoord, zwegen zij stil.

Lukas 21:15

Want Ik zal u mond en wijsheid geven, welke niet zullen kunnen tegenspreken, noch wederstaan allen, die zich tegen u zetten.

Handelingen 6:10

En zij konden niet wederstaan de wijsheid en den Geest, door Welken hij sprak.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain