Lukas 24:52

En zij aanbaden Hem, en keerden weder naar Jeruzalem met grote blijdschap.

Mattheüs 28:9

En als zij heengingen, om Zijn discipelen te boodschappen, ziet, Jezus is haar ontmoet, zeggende: Weest gegroet! En zij, tot Hem komende, grepen Zijn voeten, en aanbaden Hem.

Johannes 16:22

En gij dan hebt nu wel droefheid; maar Ik zal u wederom zien, en uw hart zal zich verblijden, en niemand zal uw blijdschap van u wegnemen.

Psalmen 30:11

Gij hebt mij mijn weeklage veranderd in een rei; Gij hebt mijn zak ontbonden, en mij met blijdschap omgord;

Mattheüs 28:17

En als zij Hem zagen, baden zij Hem aan; doch sommigen twijfelden.

Johannes 14:28

Gij hebt gehoord, dat Ik tot u gezegd heb: Ik ga heen, en kom weder tot u. Indien gij Mij liefhadt, zo zoudt gij u verblijden, omdat Ik gezegd heb: Ik ga heen tot den Vader; want Mijn Vader is meerder dan Ik.

Johannes 16:7

Doch Ik zeg u de waarheid: Het is u nut, dat Ik wegga; want indien Ik niet wegga, zo zal de Trooster tot u niet komen; maar indien Ik heenga, zo zal Ik Hem tot u zenden.

Johannes 20:28

En Thomas antwoordde en zeide tot Hem: Mijn Heere en mijn God!

1 Petrus 1:8

Denwelken gij niet gezien hebt, en nochtans liefhebt, in Denwelken gij nu, hoewel Hem niet ziende, maar gelovende, u verheugt met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain