Lukas 4:31
En Hij kwam af te Kapernaum, een stad van Galilea, en leerde hen op de sabbatdagen.
Mattheüs 4:13
En Nazareth verlaten hebbende, is komen wonen te Kapernaum, gelegen aan de zee, in de landpale van Zebulon en Nafthali;
Mattheüs 10:23
Wanneer zij u dan in deze stad vervolgen, vliedt in de andere; want voorwaar zeg ik u: Gij zult uw reis door de steden Israels niet geeindigd hebben, of de Zoon des mensen zal gekomen zijn.
Markus 1:21-28
En zij kwamen binnen Kapernaum; en terstond op den sabbatdag in de synagoge gegaan zijnde, leerde Hij.
Lukas 4:23
En Hij zeide tot hen: Gij zult zonder twijfel tot Mij dit spreekwoord zeggen: Medicijnmeester, genees Uzelven; al wat wij gehoord hebben, dat in Kapernaum geschied is, doe dat ook hier in Uw vaderland.
Handelingen 13:50-2
Maar de Joden maakten op de godsdienstige en eerlijke vrouwen, en de voornaamsten van de stad, en verwekten vervolging tegen Paulus en Barnabas, en wierpen ze uit hun landpalen.
Handelingen 14:6-7
Zijn zij, alles overlegd hebbende, gevlucht naar de steden van Lykaonie, namelijk Lystre en Derbe, en het omliggende land;
Handelingen 14:19-21
Maar daarover kwamen Joden van Antiochie en Ikonium, en overreedden de scharen, en stenigden Paulus, en sleepten hem buiten de stad, menende, dat hij dood was.
Handelingen 17:1-3
En door Amfipolis en Apollonia hun weg genomen hebbende, kwamen zij te Thessalonica, alwaar een synagoge der Joden was.
Handelingen 17:10-11
En de broeders zonden terstond des nachts Paulus en Silas weg naar Berea; welke, daar gekomen zijnde, gingen heen naar de synagoge der Joden;
Handelingen 17:16-17
En terwijl Paulus hen te Athene verwachtte, werd zijn geest in hem ontstoken, ziende, dat de stad zo zeer afgodisch was.
Handelingen 18:4
En hij handelde op elken sabbat in de synagoge, en bewoog tot het geloof Joden en Grieken.
Handelingen 20:1-2
Nadat nu het oproer gestild was, Paulus, de discipelen tot zich geroepen en gegroet hebbende, ging uit om naar Macedonie te reizen.
Handelingen 20:23-24
Dan dat de Heilige Geest van stad tot stad betuigt, zeggende, dat mij banden en verdrukkingen aanstaande zijn.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd