Markus 14:19
En zij begonnen bedroefd te worden, en de een na de ander tot Hem te zeggen: Ben ik het? En een ander: Ben ik het?
Mattheüs 26:22
En zij, zeer bedroefd geworden zijnde, begon een iegelijk van hen tot Hem te zeggen: Ben ik het, Heere?
Lukas 22:21-23
Doch ziet, de hand desgenen, die Mij verraadt, is met Mij aan de tafel.
Johannes 13:22
De discipelen dan zagen op elkander, twijfelende, van wien Hij dat zeide.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd