Markus 6:29

En als zijn discipelen dit hoorden, gingen zij en namen zijn dood lichaam weg, en legden dat in een graf.

1 Koningen 13:29-30

Toen nam de profeet het dode lichaam van den man Gods op, en legde dat op den ezel, en voerde het wederom; zo kwam de oude profeet in de stad om rouw te bedrijven en hem te begraven.

2 Kronieken 24:16

En zij begroeven hem in de stad Davids, bij de koningen; want hij had goed gedaan in Israel, beide aan God en zijn huize.

Mattheüs 14:12

En zijn discipelen kwamen, en namen het lichaam weg, en begroeven hetzelve; en gingen en boodschapten het Jezus.

Mattheüs 27:57-60

En als het avond geworden was, kwam een rijk man van Arimathea, met name Jozef, die ook zelf een discipel van Jezus was.

Handelingen 8:2

En enige godvruchtige mannen droegen Stefanus te zamen ten grave en maakten groten rouw over hem.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain