Markus 6:42

En zij aten allen, en zijn verzadigd geworden.

Deuteronomium 8:3

En Hij verootmoedigde u, en liet u hongeren, en spijsde u met het Man, dat gij niet kendet, noch uw vaderen gekend hadden; opdat Hij u bekend maakte, dat de mens niet alleen van het brood leeft, maar dat de mens leeft van alles, wat uit des HEEREN mond uitgaat.

2 Koningen 4:42-44

En er kwam een man van Baal-Salisa, en bracht den man Gods broden der eerstelingen, twintig gerstebroden, en groene aren in haar hulzen; en hij zeide: Geef aan het volk, dat zij eten.

Psalmen 145:15-16

Ain. Aller ogen wachten op U; en Gij geeft hun hun spijs te zijner tijd.

Mattheüs 14:20-21

En zij aten allen en werden verzadigd, en zij namen op, het overschot der brokken, twaalf volle korven.

Mattheüs 15:37-38

En zij aten allen en werden verzadigd, en zij namen op, het overschot der brokken, zeven volle manden.

Markus 8:8-9

En zij hebben gegeten, en zijn verzadigd geworden, en zij namen het overschot der brokken op, zeven manden.

Lukas 9:17

En zij aten en werden allen verzadigd; en er werd opgenomen, hetgeen hun van de brokken overgeschoten was, twaalf korven.

Johannes 6:12

En als zij verzadigd waren, zeide Hij tot Zijn discipelen: Vergadert de overgeschoten brokken, opdat er niets verloren ga.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain