Mattheüs 11:19

De Zoon des mensen is gekomen, etende en drinkende, en zij zeggen: Ziet daar, een Mens, Die een vraat en wijnzuiper is, een Vriend van tollenaren en zondaren. Doch de Wijsheid is gerechtvaardigd geworden van Haar kinderen.

Mattheüs 9:10-11

En het geschiedde, als Hij in het huis van Mattheus aanzat, ziet, vele tollenaars en zondaars kwamen en zaten mede aan, met Jezus en Zijn discipelen.

Lukas 5:29-30

En Levi richtte Hem een groten maaltijd aan, in zijn huis; en er was een grote schare van tollenaren, en van anderen, die met hen aanzaten.

Lukas 14:1

En het geschiedde, als Hij gekomen was in het huis van een der oversten der Farizeen, op den sabbat, om brood te eten, dat zij Hem waarnamen.

Lukas 19:7

En allen, die het zagen, murmureerden, zeggende: Hij is tot een zondigen man ingegaan, om te herbergen.

Psalmen 92:5-6

O HEERE! hoe groot zijn Uw werken! zeer diep zijn Uw gedachten.

Spreuken 17:24

In het aangezicht des verstandigen is wijsheid; maar de ogen des zots zijn in het einde der aarde.

Lukas 7:29

En al het volk, Hem horende, en de tollenaars, die met den doop van Johannes gedoopt waren, rechtvaardigden God.

Lukas 7:34-36

De Zoon des mensen is gekomen, etende en drinkende, en gij zegt: Ziet daar, een Mens, Die een vraat en wijnzuiper is, een Vriend van tollenaren en zondaren.

Lukas 15:1-2

En al de tollenaars en de zondaars naderden tot Hem, om Hem te horen.

Johannes 2:2

En Jezus was ook genood, en Zijn discipelen, tot de bruiloft.

Johannes 12:2-8

Zij bereidden Hem dan aldaar een avondmaal, en Martha diende; en Lazarus was een van degenen, die met Hem aanzaten.

Romeinen 15:2

Dat dan een iegelijk van ons zijn naaste behage ten goede, tot stichting.

1 Corinthiërs 1:24-29

Maar hun, die geroepen zijn, beiden Joden en Grieken, prediken wij Christus, de kracht Gods, en de wijsheid Gods.

Efeziërs 3:8-10

Mij, den allerminste van al de heiligen, is deze genade gegeven, om onder de heidenen door het Evangelie te verkondigen den onnaspeurlijken rijkdom van Christus,

Openbaring 5:11-14

En ik zag, en ik hoorde een stem veler engelen rondom den troon, en de dieren, en de ouderlingen; en hun getal was tien duizendmaal tien duizenden, en duizendmaal duizenden;

Openbaring 7:12

Zeggende: Amen. De lof, en de heerlijkheid, en de wijsheid, en de dankzegging, en de eer, en de kracht, en de sterkte zij onzen God in alle eeuwigheid. Amen.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain