Mattheüs 21:17

En hen verlatende, ging Hij van daar uit de stad, naar Bethanie, en overnachtte aldaar.

Johannes 11:18

(Bethanie nu was nabij Jeruzalem, omtrent vijftien stadien van daar.)

Johannes 11:1

En er was een zeker man krank, genaamd Lazarus, van Bethanie, uit het vlek van Maria en haar zuster Martha.

Mattheüs 16:4

Het boos en overspelig geslacht verzoekt een teken; en hun zal geen teken gegeven worden, dan het teken van Jona, den profeet. En hen verlatende, ging Hij weg.

Markus 11:1

En toen zij Jeruzalem genaakten, te Beth-fage en Bethanie, aan den Olijfberg, zond Hij twee van Zijn discipelen uit,

Markus 11:11

En Jezus kwam binnen Jeruzalem, en in den tempel; en als Hij alles rondom bezien had, en het nu avondstond was, ging Hij uit naar Bethanie met de twaalven.

Markus 11:19

En als het nu laat geworden was, ging Hij uit buiten de stad.

Lukas 24:50

En Hij leidde hen buiten tot aan Bethanie, en Zijn handen opheffende, zegende Hij hen.

Jeremia 6:8

Laat u tuchtigen, Jeruzalem! opdat Mijn ziel niet van u afgetrokken worde, opdat Ik u niet stelle tot een woestheid, tot een onbewoond land.

Hosea 9:12

Ofschoon zij hun kinderen mochten groot maken, Ik zal er hen toch van beroven, dat zij onder de mensen niet zullen zijn; want ook, wee hun, als Ik van hen zal geweken zijn!

Mattheüs 26:6

Als nu Jezus te Bethanie was, ten huize van Simon, de melaatse,

Markus 3:7

En Jezus vertrok met Zijn discipelen naar de zee; en Hem volgde een grote menigte van Galilea, en van Judea.

Lukas 8:37-38

En de gehele menigte van het omliggende land der Gadarenen baden Hem, dat Hij van hen wegging; want zij waren met grote vreze bevangen. En Hij, in het schip gegaan zijnde, keerde wederom.

Lukas 10:38

En het geschiedde, als zij reisden, dat Hij kwam in een vlek; en een zekere vrouw, met name Martha, ontving Hem in haar huis.

Lukas 19:29

En het geschiedde, als Hij nabij Beth-fage en Bethanie gekomen was, aan den berg, genaamd den Olijfberg, dat Hij twee van Zijn discipelen uitzond,

Johannes 12:1-3

Jezus dan kwam zes dagen voor het pascha te Bethanie, daar Lazarus was, die gestorven was geweest, welken Hij opgewekt had uit de doden.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain