Mattheüs 25:15

En den ene gaf hij vijf talenten, en den anderen twee, en den derden een, een iegelijk naar zijn vermogen, en verreisde terstond.

Mattheüs 18:24

Als hij nu begon te rekenen, werd tot hem gebracht een, die hem schuldig was tien duizend talenten.

Lukas 12:48

Maar die denzelven niet geweten heeft, en gedaan heeft dingen, die slagen waardig zijn, die zal met weinige slagen geslagen worden. En een iegelijk, wien veel gegeven is, van dien zal veel geeist worden; en wien men veel vertrouwd heeft, van dien zal men overvloediger eisen.

Lukas 19:13-14

En geroepen hebbende zijn tien dienstknechten, gaf hij hun tien ponden, en zeide tot hen: Doet handeling, totdat ik kome.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain