Mattheüs 26:14
Toen ging een van de twaalven, genaamd Judas Iskariot, tot de overpriesters,
Mattheüs 10:4
Simon Kananites, en Judas Iskariot, die Hem ook verraden heeft.
Lukas 22:3-6
En de satan voer in Judas, die toegenaamd was Iskariot, zijnde uit het getal der twaalven.
Johannes 13:2
En als het avondmaal gedaan was,, toen nu de duivel in het hart van Judas, Simons zoon, Iskariot, gegeven had, dat hij Hem verraden zou),
Johannes 13:30
Hij dan, de bete genomen hebbende, ging terstond uit. En het was nacht.
Mattheüs 26:25
En Judas, die Hem verried, antwoordde en zeide: Ben ik het, Rabbi? Hij zeide tot hem: Gij hebt het gezegd.
Mattheüs 26:47
En als Hij nog sprak, ziet, Judas, een van de twaalven, kwam, en met hem een grote schare, met zwaarden en stokken, gezonden van de overpriesters en ouderlingen des volks.
Mattheüs 27:3
Toen heeft Judas, dien Hem verraden had, ziende, dat Hij veroordeeld was, berouw gehad, en heeft de dertig zilveren penningen den overpriesters en den ouderlingen wedergebracht,
Markus 14:10-11
En Judas Iskariot, een van de twaalven, ging heen tot de overpriesters, opdat hij Hem hun zou overleveren.
Johannes 6:70-71
Jezus antwoordde hun: Heb Ik niet u twaalf uitverkoren? En een uit u is een duivel.
Johannes 12:4
Zo zeide dan een van Zijn discipelen, namelijk Judas, Simons zoon, Iskariot, die Hem verraden zou:
Johannes 18:2
En Judas, die Hem verried, wist ook die plaats, dewijl Jezus aldaar dikwijls vergaderd was geweest met Zijn discipelen.
Handelingen 1:16
Mannen broeders, deze Schrift moest vervuld worden, welke de Heilige Geest door den mond Davids voorzegd heeft van Judas, die de leidsman geweest is dergenen die Jezus vingen;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd