Mattheüs 26:22

En zij, zeer bedroefd geworden zijnde, begon een iegelijk van hen tot Hem te zeggen: Ben ik het, Heere?

Markus 14:19-20

En zij begonnen bedroefd te worden, en de een na de ander tot Hem te zeggen: Ben ik het? En een ander: Ben ik het?

Lukas 22:23

En zij begonnen onder elkander te vragen, wie van hen het toch mocht zijn, die dat doen zou.

Johannes 13:22-25

De discipelen dan zagen op elkander, twijfelende, van wien Hij dat zeide.

Johannes 21:17

Hij zeide tot hem ten derden maal: Simon, zoon van Jonas, hebt gij Mij lief? Petrus werd bedroefd, omdat Hij ten derden maal tot hem zeide: Hebt gij Mij lief, en zeide tot Hem: Heere! Gij weet alle dingen, Gij weet, dat ik U liefheb. Jezus zeide tot hem: Weid Mijn schapen.

Treasury of Scripture Knowledge did not add