Mattheüs 5:45
Opdat gij moogt kinderen zijn uws Vaders, Die in de hemelen is; want Hij doet Zijn zon opgaan over bozen en goeden, en regent over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.
Lukas 6:35
Maar hebt uw vijanden lief, en doet goed, en leent, zonder iets weder te hopen; en uw loon zal groot zijn, en gij zult kinderen des Allerhoogsten zijn; want Hij is goedertieren over de ondankbaren en bozen.
Handelingen 14:17
Hoewel Hij nochtans Zichzelven niet onbetuigd gelaten heeft, goed doende van den hemel, ons regen en vruchtbare tijden gevende, vervullende onze harten met spijs en vrolijkheid.
Mattheüs 5:9
Zalig zijn de vreedzamen; want zij zullen Gods kinderen genaamd worden.
Job 25:3
Is er een getal Zijner benden? En over wien staat Zijn licht niet op?
Psalmen 145:9
Teth. De HEERE is aan allen goed, en Zijn barmhartigheden zijn over al Zijn werken.
Efeziërs 5:1
Zijt dan navolgers Gods, als geliefde kinderen;
Johannes 13:35
Hieraan zullen zij allen bekennen, dat gij Mijn discipelen zijt, zo gij liefde hebt onder elkander.
1 Johannes 3:9
Een iegelijk, die uit God geboren is, die doet de zonde niet, want Zijn zaad blijft in hem; en hij kan niet zondigen, want hij is uit God geboren.
Treasury of Scripture Knowledge did not add