Mattheüs 9:29

Toen raakte Hij hun ogen aan, zeggende: U geschiede naar uw geloof.

Mattheüs 8:13

En Jezus zeide tot den hoofdman over honderd: Ga heen, en u geschiede, gelijk gij geloofd hebt. En zijn knecht is gezond geworden te diezelver ure.

Mattheüs 8:6-7

En zeggende: Heere! mijn knecht ligt te huis geraakt, en lijdt zware pijnen.

Mattheüs 9:22

En Jezus, Zich omkerende, en haar ziende, zeide: Wees welgemoed, dochter! uw geloof heeft u behouden. En de vrouw werd gezond van dezelve ure af.)

Mattheüs 15:28

Toen antwoordde Jezus, en zeide tot haar: O vrouw! groot is uw geloof; u geschiede, gelijk gij wilt. En haar dochter werd gezond van diezelfde ure.

Mattheüs 20:34

En Jezus, innerlijk bewogen zijnde met barmhartigheid, raakte hun ogen aan; en terstond werden hun ogen ziende, en zij volgden Hem.

Markus 10:52

En Jezus zeide tot hem: Ga heen, uw geloof heeft u behouden. En terstond werd hij ziende, en volgde Jezus op den weg.

Johannes 9:6-7

Dit gezegd hebbende, spoog Hij op de aarde, en maakte slijk uit dat speeksel, en streek dat slijk op de ogen des blinden;

Treasury of Scripture Knowledge did not add