Numberi 4:48

Hun getelden waren acht duizend vijfhonderd en tachtig.

Numberi 3:39

Alle getelden der Levieten, welke Mozes en Aaron, op het bevel des HEEREN, naar hun geslachten, geteld hebben, al wat mannelijk was, van een maand oud en daarboven, waren twee en twintig duizend.

Mattheüs 7:14

Want de poort is eng, en de weg is nauw, die tot het leven leidt, en weinigen zijn er, die denzelven vinden.

Mattheüs 20:16

Alzo zullen de laatsten de eersten zijn, en de eersten de laatsten; want velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.

Mattheüs 22:15

Toen gingen de Farizeen heen, en hielden te zamen raad, hoe zij Hem verstrikken zouden in Zijn rede.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain