Prediker 3:19

Want wat den kinderen der mensen wedervaart, dat wedervaart ook den beesten; en enerlei wedervaart hun beiden; gelijk die sterft, alzo sterft deze, en zij allen hebben enerlei adem, en de uitnemendheid der mensen boven de beesten is geen; want allen zijn zij ijdelheid.

Psalmen 49:12

De mens nochtans, die in waarde is, blijft niet; hij wordt gelijk als de beesten, die vergaan.

2 Samuël 14:14

Want wij zullen den dood sterven, en wezen als water, dat, ter aarde uitgestort zijnde, niet verzameld wordt. God dan zal de ziel niet wegnemen, maar Hij zal gedachten denken, dat Hij den verstotene niet van Zich verstote.

Job 14:10-12

Maar een man sterft, als hij verzwakt is, en de mens geeft den geest, waar is hij dan?

Psalmen 39:5-6

Zie, Gij hebt mijn dagen een handbreed gesteld, en mijn leeftijd is als niets voor U; immers is een ieder mens, hoe vast hij staat, enkel ijdelheid. Sela.

Psalmen 49:20

[ (Psalms 49:21) De mens, die in waarde is, en geen verstand heeft, wordt gelijk als de beesten, die vergaan. ]

Psalmen 89:47-48

Gedenk van hoedanige eeuw ik ben; waarom zoudt Gij aller mensenkinderen tevergeefs geschapen hebben?

Psalmen 92:6-7

Een onvernuftig man weet er niet van, en een dwaas verstaat ditzelve niet;

Psalmen 104:29

Verbergt Gij Uw aangezicht, zij worden verschrikt; neemt Gij hun adem weg, zij sterven, en zij keren weder tot hun stof.

Prediker 2:14

De ogen des wijzen zijn in zijn hoofd, maar de zot wandelt in de duisternis. Toen bemerkte ik ook, dat enerlei geval hun allen bejegent.

Prediker 2:16

Want er zal in eeuwigheid niet meer gedachtenis van een wijze, dan van een dwaas zijn; aangezien hetgeen nu is, in de toekomende dagen altemaal vergeten wordt; en hoe sterft de wijze met den zot?

Prediker 2:20-23

Daarom keerde ik mij om, om mijn hart te doen wanhopen over al den arbeid, dien ik bearbeid heb onder de zon.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain