Prediker 7:5
Het is beter te horen het bestraffen des wijzen, dan dat iemand hore het gezang der dwazen.
Psalmen 141:5
De rechtvaardige sla mij, het zal weldadigheid zijn; en hij bestraffe mij, het zal olie des hoofds zijn, het zal mijn hoofd niet breken; want nog zal ook mijn gebed voor hen zijn in hun tegenspoeden.
Spreuken 15:31-32
Het oor, dat de bestraffing des levens hoort, zal in het midden der wijzen vernachten.
Spreuken 13:18
Armoede en schande is desgenen, die de tucht verwerpt; maar die de bestraffing waarneemt; zal geeerd worden.
Psalmen 69:12
Die in de poort zitten, klappen van mij; en ik ben een snarenspel dergenen, die sterken drank drinken.
Spreuken 9:8
Bestraf den spotter niet, opdat hij u niet hate; bestraf den wijze, en hij zal u liefhebben.
Spreuken 13:13
Die het woord veracht, die zal verdorven worden; maar wie het gebod vreest, dien zal vergolden worden.
Spreuken 17:10
De bestraffing gaat dieper in den verstandige, dan den zot honderd maal te slaan.
Spreuken 27:6
De wonden des liefhebbers zijn getrouw; maar de kussingen des haters zijn af te bidden.
Openbaring 3:19
Zo wie Ik liefheb, die bestraf en kastijd Ik; wees dan ijverig, en bekeer u.
Treasury of Scripture Knowledge did not add