Psalmen 100:4

Gaat in tot Zijn poorten met lof, in Zijn voorhoven met lofgezang; looft Hem, prijst Zijn Naam.

Psalmen 96:2

Zingt den HEERE, looft Zijn Naam; boodschapt Zijn heil van dag tot dag.

Psalmen 66:13

Ik zal met brandofferen in Uw huis gaan; ik zal U mijn geloften betalen,

Psalmen 145:1-2

Een lofzang van David. Aleph. O mijn God, Gij Koning! ik zal U verhogen, en Uw Naam loven in eeuwigheid en altoos.

Jesaja 35:10

En de vrijgekochten des HEEREN zullen wederkeren, en tot Sion komen met gejuich, en eeuwige blijdschap zal op hun hoofd wezen; vrolijkheid en blijdschap zullen zij verkrijgen, maar droefenis en zuchting zullen wegvlieden.

1 Kronieken 29:13

Nu dan, onze God, wij danken U, en loven den Naam Uwer heerlijkheid.

1 Kronieken 29:20

Daarna zeide David tot de ganse gemeente: Looft nu den HEERE, uw God! Toen loofde de ganse gemeente den HEERE, den God hunner vaderen; en zij neigden het hoofd, en zij bogen zich neder voor den HEERE, en voor den koning.

Psalmen 65:1

Een psalm van David, een lied, voor den opperzangmeester. (1a) De lofzang is in stilheid tot U, o God! in Sion; en U zal de gelofte betaald worden.

Psalmen 103:1-2

Een psalm van David. Loof den HEERE, mijn ziel, en al wat binnen in mij is, Zijn heiligen Naam.

Psalmen 103:20-22

Looft den HEERE, Zijn engelen! gij krachtige helden, die Zijn woord doet, gehoorzamende de stem Zijns woords.

Psalmen 116:17-19

Ik zal U offeren, offerande van dankzegging, en den Naam des HEEREN aanroepen.

Colossenzen 3:16-17

Het woord van Christus wone rijkelijk in u, in alle wijsheid; leert en vermaant elkander, met psalmen en lofzangen, en geestelijke liederen, zingende den Heere met aangenaamheid in uw hart.

Hebreeën 13:15

Laat ons dan door Hem altijd Gode opofferen een offerande des lofs, dat is, de vrucht der lippen, die Zijn Naam belijden.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain